Instellingen voor Bluetooth-verbindingen
Selecteer
Menu
>
Instellingen
>
Connect.
>
Bluetooth
.
Bluetooth
- Hiermee kunt u Bluetooth in- of uitschakelen.
Waarneembrh. tel.
>
Waarneembaar
- Hiermee staat u toe dat uw apparaat altijd
kan worden gevonden door andere Bluetooth-apparaten. Selecteer
Periode
opgeven
als u wilt toestaan dat uw apparaat gedurende een gedefinieerde periode
92
kan worden gevonden. Om veiligheidsredenen wordt u aangeraden zoveel
mogelijk de modus
Verborgen
te gebruiken.
Naam van mijn telef.
- Geef een naam op voor uw apparaat.
Externe SIM-modus
>
Aan
- Hiermee kunt u de SIM-kaart van het apparaat
inschakelen voor gebruik in een ander apparaat (bijvoorbeeld in een carkit) met
behulp van Bluetooth-technologie (SIM Access Profile, SAP).
Als het draadloze apparaat in de externe SIM-modus staat, kunt u alleen via een
compatibele en aangesloten uitbreiding, zoals een carkit, gesprekken voeren of ontvangen.
U kunt in deze modus geen nummers kiezen met uw draadloze apparaat, behalve de
alarmnummers die in het apparaat zijn geprogrammeerd. Als u wilt bellen met uw apparaat,
moet u eerst de externe SIM-modus verlaten. Als het apparaat is vergrendeld, moet u eerst
de beveiligingscode invoeren om deze te ontgrendelen.